Ik wil geen uitkering. Ik wil geen slaapplaats. Het enige dat ik wil is zwerven.

Het verhaal van Joan

Ik leef op straat. Heb ik voor gekozen. Heb het naar mijn zin daar. Ik gebruik geen drugs, geen drank en ik rook niet. Ik was me zelden. Ik stink. ‘Die vrouw ruikt naar de dierentuin,’ riep een kind twee dagen geleden tegen zijn moeder. Gek dat ik dat zeg, maar ik kijk nooit in een spiegel. Een jaar geleden bij C&A. Je wordt oud Bea. Maar wel een doorleefde zwerverskop.

Ik was ooit een boekhouder. Mantelpakje, keurig. Ik woon bij mijn moeder. We hebben het goed samen. Op maandag zuurkool met een rookworst van de HEMA en op vrijdag macaroni met ham, kaas en tomatenketchup. Dan sterft mijn moeder. Kanker. Ben je opeens alleen, helemaal alleen. Ik wil niet meer in dat huis wonen omdat de geur van mijn moeder daar hangt. God, wat mis ik die vrouw. Ze was zo lief. Dan is het plots over.

Ik heb een geweldige spaarrekening. Mijn moeder ook. Ik heb het best goed voor elkaar. Ik kan er blijven wonen. Dat kan ik niet. Moeder is er ook. Ze is dood maar ze blijft in dat huis. Ik kan niet met een dode moeder wonen. Ben ik zomaar naar de bank gestapt. Heb ik een paar duizend euro in mijn zak gestopt en de rest weggeschonken aan een goed doel. Kankerfonds. Baan opgezegd, woning opgezegd. Dan rest de stad. Het eerste jaar koop ik eten in de supermarkt of de kroeg. Na jaren is het geld op. Je moet het me niet kwalijk nemen, maar ik eet uit de vuilnisbakken die in het centrum staan. Patat van Bram, stroopwafels, halve kroketten. Wat de mens al niet weggooit, eet ik op. En dan zijn er ook mensen die mij iets willen geven. Dat wil ik niet, ik kan voor mezelf zorgen.

Ik wil geen uitkering. Ik wil geen slaapplaats. Het enige dat ik wil is zwerven. Door die godvergeten mooie stad. Het is geen mooi leven, maar ook geen lelijk leven. Boekhouder is veel lelijker dan vrije zwerver. Ik heb nooit op de maatschappij geteerd. De maatschappij teert op mij.

Die jongens en die meisjes drinken die blikjes cola nooit op. Ik red die blikjes uit het vuilnisvat. Soms nog koud.

Ik wil geen dokter. De dokter wil mij niet. Ik stink naar pis. Dan ben je opeens dood, hé…
Op straat gestorven.

Dan weet je dat je niks geweest bent. Een vieze vrouw die uit vuilnisbakken at. Ze begraven me ergens. Geen hond die er is. Geen cake en koffie. Geen muziek, terwijl Starways to Heaven van Led Zeppelin toch mijn favoriete nummer is.

Opgeruimd staat netjes.

Dag mama!

Kom langs

Dromen waarmaken,
wij helpen je verder!

Lees meer

Helpen?

Wij zijn altijd op zoek naar vrijwilligers

Lees meer

Cijfers

Over de stichting, jaarcijfers en fondsen

Lees meer